donderdag 21 april 2016

'Misschien kan ik dan gelijk even mijn verhaal afmaken waar ik mee bezig was?'

Afgelopen maandag en dinsdag is hoofdverdachte in het Passage-proces Jessy Remmers weer onderworpen aan een uitgebreid verhoor als verdachte door de raadsheren van het Hof in de extra beveiligde rechtszaal van het Justitieel Complex op Schiphol. Bijgestaan door zijn raadsman Mr. Sander Janssen en de tweede dag ook door zijn tweede raadsman Mr. Robert Malwicz pareerde Remmers vele vragen en leek daarbij niet echt moeite te hoeven doen om te putten uit zijn geheugen. Dat hij over een fenominaal geheugen en goede dossierkennis beschikt, was mij al eerder opgevallen, echter dat is mij vooral de laatste tijd pas echt duidelijk geworden. Mede omdat Remmers eigenlijk pas sinds kort ook daadwerkelijk vragen van het Hof en OM is gaan beantwoorden en zich niet meer continu beroept op zijn zwijgrecht. De onderwerpen waarbij hij dat nog wel doet, hebben meestal te maken met privacy van anderen of zijn bezwaar om deze of gene daarmee strafrechtelijk te belasten. Zoals eerder gezegd heeft dat onder meer met zijn principes te maken.

'Zelfs mijn naam is een leugen, ik heet Jessy met een y'*

Echter vragen die men stelt over Remmers zelf, weet hij meestal tot in de kleinste details te beantwoorden. Het Hof was afgelopen dagen toch vrij kritisch en wees Remmers er een paar keer op dat een stelling van bv. Peter la Serpe dwars door het verhaal van Remmers heen liep. Om niet meteen te zeggen dat die stellingen precies contra zijn. Want wat wel blijkt uit de verhoren is dat de stelling van de verdediging van meerdere Passage-verdachten, dat La Serpe kennelijk halve en hele waarheden met leugens mengt om zo zijn mogelijk leugenachtige verhaal kracht bij te zetten, steeds meer terrein wint. Ik ga er dan vanuit dat we nu nog in de veronderstelling leven dat van beide verdachten het pas bij eindoordeel van het Hof zal blijken wat het Hof daar allemaal van vindt.

Ik moet zeggen dat ik me in het liquidatieproces in eerste aanleg wel eens lichtelijk geïrritteerd heb op momenten dat er door Remmers consequent bijna geen enkele vraag van de rechtbank of OM werd beantwoord en dat ik me afvroeg: 'Man man, waarom trek je je mond niet open?! Waarom verdedig je jezelf niet?' Pas veel later, met name het laatste half jaar, zijn er wel antwoorden gekomen op dit soort vragen. Het laat zich ook niet vangen in één antwoord, maar gisteren kwam er weer zo'n verklaring van Remmers waarvan je de diepere achtergrond van dat consequent zwijgen ergens wel plausibel acht, vooral in dit proces waarin wel vaker iets niet is wat het lijkt. Namelijk op een vraag van advocaat-generaal Mr. Fris Posthumus waarom Jessy niet gewoon de naam van een bepaalde persoon wilde noemen, antwoordde Remmers: 'Nee, ik doe dat niet, want stel ik noem de naam van deze persoon en hij/zij wordt strafrechtelijk belast en zegt dat ik lieg, is het heel goed mogelijk dat deze persoon vervolgens in een leugenachtige verklaring mij strafrechtelijk iets in de schoenen zou kunnen schuiven wat ik niet gedaan heb. Dat zie je nu ook al gebeuren'.

Ik kom nog wel uitgebreider terug op dit verhoor door het Hof op een later moment. Hoe zal binnen niet al te lange tijd blijken, dus lijkt het me beter even uit te stellen allerlei details naar buiten te brengen die pas in een grotere context voor veel mensen beter te begrijpen zijn. ook omdat een verhoor van twee volle zittingsdagen bijna niet meer in één artikel is samen te vatten. Wat ik zelf opmerkelijk vind, is dat tijdens zo'n enorm proces als dit, waarin gigantische belangen op het spel staan en waarbij het OM toch hoog spel speelt met de inzet van twee kroongetuigen nadat de kroongetuigenregeling in de wet werd vastgelegd en eigenlijk voor het eerst werd toegepast, er nog maar zo bitter weinig media-belangstelling is. Het levert wel komische momenten op, bv. toen de voorzitter met een glimlach vroeg 'alle journalisten, in dit geval maar ééntje' de zaal te verlaten. Dat was bijna aan het einde van de tweede verhoordag toen de rest van de zitting achter gesloten deuren werd voortgezet over NN-getuigen F1 en F3.

Dat het liquidatieproces een ernstig proces is, staat buit kijf. Er hangt ook veel vanaf voor de drie tot levenslange gevangenistraffen veoordeelde verdachten, Jessy Remmers, Moppie Rasnabe en Siegfried Saez. Maar ook voor Dino Soerel tegen wiens vrijspraak Hoger beroep werd aangetekend en ook de nabestaanden van Ali Akgün (RIP) zouden graag zien dat de naam van hun familielid gezuiverd blijft van de meest ernstige beschuldigingen die het OM tegen Akgün inbracht. Helaas kan hij dat zelf niet meer meemaken omdat hij in Istanbul zelf het leven liet en ik weet eerlijk gezegd nog niet hoe het OM en het Hof hier in de eindfase mee om zullen gaan. Ik weet wel dat Mrs. Nico Meijering en Christian Flokstra blijven strijden om de beweerde onschuld van beide cliënten aan te kunnen tonen. Vrijspraak voor het opdrachtegeven van liquidaties in eerste aanleg was volgens hen de enige juiste beslissing.

Soms zijn er ook tijdens dit ernstige proces wel momenten dat je je lachen bijna niet in kunt houden. Nou zie ik al snel ergens de humor van in, dus ben je wellicht ook wat eerder geneigd in de lach te schieten, wat natuurlijk lang niet altijd gepast is en/of kan, daarom ben je al blij als de hele zaal in de lach schiet. Met het langdurige en uitgebreide verhoor van de afgelopen dagen, zie je ook wat meer andere karaktertrekjes van hoofdverdachte Jessy, die eerder wat ondergesneeuwd bleven vanwege zijn zwijgen in de eerste plaats, maar ook omdat hetgeen er wél naar buiten kwam in de rechtszaal over Remmers uit de mond kwam van kroongetuigen wiens allergrootste belang niet is Jessy z'n positieve kanten te belichten. Nee, eerder om hem zo zwart mogelijk af te schilderen. Een mens heeft natuurlijk nooit alleen maar één kant en naast die beweerde of vermeende duistere zijde blijkt Remmers ook heel andere karaktereigenschappen te bezitten. Humor is er daar één van.

Op een gegeven moment ging het verhoor over een paar tapgesprekken, o.a tussen Soerel en een Nederlandse dame en één tussen Dick Vrij en Danny Kuiters. Het OM speelde deze tapgesprekken af waarin wat dingen werden gezegd die mogelijk te maken hadden met Jessy en ook zijn vader Greg Remmers kwam even ter sprake. Het waren vooral vriendschappelijke gesprekjes van twee vrienden, waarvan Dick Vrij in Hotel Don Carlos in Marbella zat op dat moment en Kuiters in Nederland, die elkaar een beetje op de hoogte hielden van hun bezigheden.

Het OM zat kennelijk te vissen naar de band die Jessy nu wel of niet zou hebben met Dino Soerel. Jessy houdt vol dat hij niet bevriend was met Soerel en dat hij juist probeerde via via in contact te komen met Soerel i.v.m een 'projectje' waarin hij mee wilde investeren. Hij had Soerel voor het eerst ontmoet en enkel even een hand gegeven en begroet op de begrafenis van de vader van Danny Kuiters. Dat was echter vanwege de droevige stemming van iedereen geen goede gelegenheid om een gesprek te beginnen met Soerel. Hij besloot dat toen maar niet te doen. Hij was die dag met Ros meegereden, die volgens Jessy zich steeds had voorgedaan alsof hij heel goed was met Soerel.

Het eerste tapgesprekje dat werd afgespeeld door OM was een gesprekje tussen Dino en een vriendin, een Nederlandse dame. Zij belt Dino terwijl ze kennelijk beide in Marbella zaten. De vriendin zegt dat ze die nacht waren wezen stappen en dat ze maar tot 3 uur was gebleven omdat ze niet zo goed tegen laat stappen kan en om 3 uur al “omviel”. Dino was daar dus zelf niet bij. Ze zegt: Ik sprak een vriend van je, een of andere ‘Chinees’. Dino reageert daar echter totaal niet op. Hij zegt niets ontkennends noch bevestigends van ‘Oh ja’ o.i.d. In plaats daarvan zwijgt Dino. Kort daarop wordt het gesprek beëindigd. Zij lag al bij een zwembad, blablabla. Niks bijzonders verder.

Het OM vroeg kort hiervoor: of Jessy en Dino elkaar al kenden of bevriend waren? Jessy ontkende dat. In Marbella had hij ooit wel eens iets gelezen over Dino S., maar wist toen niet eens dat S. voor Soerel stond. Later kwam hij er via Mario Magan Tier (RIP) achter dat Soerel ook had geïnvesteerd in een bepaald projectje. Voorzitter: 'Verdovende middelen?' Jessy: 'Zou kunnen'. Hij wilde via Ros later in contact met Dino komen omdat er ook geïnvesteerd moest worden in dat project. Iets waar Mario Magan Tier en Ali Akgün ook mee te maken hadden. Dino zou nl. 'over middelen beschikken' en dat was daarmee in verband wel handig. Meer niet. Hij kende Soerel dus helemaal nog niet.

Het gesprek tussen Dick Vrij en Danny Kuiters was gewoon wat geklets onder elkaar, over uitgaan, vrouwen (en douwen). Ouwe jongens krentenbrood dus. Slechts een klein smetje dat Danny in dit tapgesprek niet zo heel positief praat over zijn vader, volgens Jessy. Dat is ook een reden dat hij sinds 1999 geen contact meer heeft met Danny. Daar wilde AG De Jong wel wat meer van weten. Volgens Jessy waren hun overtuigingen niet overéénkomstig. Niet dat ze ruzie hebben gehad, maar hij heeft Danny toentertijd nog uit de criminaliteit proberen te houden. 'We hebben toen rustig besloten: we kunnen maar beter geen contact houden. Zo is het dus eigenlijk gegaan'. Waar het de AG nu echter om ging was dat Dick Vrij vertelt dat hij 'die Ouwe' (Greg Remmers) een paar uur en ook 'Michael Jackson' nog een paar minuutjes had gezien in Puerto Banus. Kennelijk dacht het OM dat Jessy werd bedoeld met Michael Jackson. Er werd later ook even naar gevraagd. Dat was nou zo'n moment waarop bleek dat Jessy in elk geval zijn humor niet verloren is:

Raadsheer: Een vraag aan meneer Remmers. Die aanduiding Michael Jackson, komt u dat bekend voor?
Jessy: Ja, ergens wel, ja.
Raadsheer: Ja? Werd dat wel eens tegen u gezegd?
Jessy: Nou, dat was eigenlijk hoe ik in eh... ik had in Marbella twee namen, één was dat ik wel eens op de dansvloer bewoog...
Voorzitter: Bepaalde moves, zal ik maar zeggen?
Jessy: Met bepaalde... ja...
Voorzitter: Die aan Michael Jackson kunnen toedenken?
Jessy: Nou, die eigenlijk de moves van Michael Jackson overtroffen...
Iedereen in de zaal schoot in de lach: HAHAHA!
Voorzitter ook (glim)lachend: U dacht dat u een salto achterover op het dak van een auto kon springen, of iets dergelijks?
Jessy: Dat zou wel kunnen kloppen, maar...
Voorzitter: Daar was Michael Jackson een peuleschil bij vergeleken?
Jessy: Dat was toen ik nog jong was.

Een ander grappig moment ging over Sjaak Burger. AG Cythia de Jong hield Jessy enkele foto's voor die bij hem in beslag zouden zijn genomen. De derde foto herkende Jessy wel.
Jessy: Ja, daar is Sjaak Burger met die eh... pinguïn. Die zit tegen die pinguïn aan te rijen... jaaah, dat was echt verschrikkelijk... (hard gelach in de zaal)
AG Posthumus: Is dat zo?
Jessy: Jaaah, nee, we zitten bij het ontbijt, enne...
Voorzitter: Hij wordt ook 'malle' genoemd hè?
Jessy: Ja, nee, dat was ook één van die...
Voorzitter: We hoeven daar geen uitgebreide analyse over...
Jessy: Ja, nee, maar je moet effe begrijpen: er zit daar een persoon in dat pak zijn werk te doen...
Voorzitter:En dan krijg je Sjaak Burger die...
Jessy:... en die zit zo tegen die.... naaááaah! (gelach in de zaal)
Voorzitter: Dat hoort bij deze baan, zullen we maar zeggen
Jessy: Ja, maar hij weet helemaal niet eens wie er in dat pak zit.... (gelach)
Voorzitter: Nee, dat is wel een risico wat je neemt... (gelach)

(De foto was van rond 30 oktober 2005 in het restaurant van het Disney-hotel bij Disneyland in Parijs)

Later gaat het over 'de Commissaris'. Ros noemde Soerel de Commissaris, aldus het OM. Echter volgens Jessy noemde Ros wel meer mensen de Commissaris. Vooral mensen waar hij respect voor had, zoals bv z’n vader Greg Remmers, Peter van Dijk en nog wel meer personen. Dus of het over Soerel gaat als Commissaris ter sprake komt, kon Jessy niet met zekerheid zeggen, het had net zo goed iemand van die andere personen kunnen zijn die Ros ook wel de Commissaris noemde. Dat Ros gezegd had dat het contact met Soerel heel goed zou gaan, wou Ros Jessy doen geloven, maar daarop zei Jessy: 'Dat was dus helemaal niet waar. Ros was een bluffer'...

Jessy had contact met de CIE (Sidney) en die vroegen hem op een gegeven moment of Soerel in de wapenhandel zat. Jessy zou daar achter hebben willen komen in verband met het Sidney-project (zoals omschreven in zijn ‘Exposé’ - kom daar op een later moment uitgebreid op terug. -red.), dus in het kader van zijn contact met de CIE. Hij wist toen in elk geval niks van Soerel en heeft Sjaak Burger toen gevraagd of hij Soerel kende. Jessy zegt dat hij op de begrafenis van de vader van Danny Kuiters Soerel voor het eerst zag en alleen de hand schudde en begroette.

Dat verhaal over de ontmoeting met Soerel in Diemen: totaal uit de duim gezogen door La Serpe, volgens Jessy. En dat Ros het daar later ook over heeft, daar zie je volgens Jessy aan dat Ros Soerel in een verhaal ertussen probeert te schuiven. Ali Akgün had eens aan hem gevraagd: 'Wie is toch die Ros? Die loopt zo te slijmen met Soerel'. Daar had hij uit begrepen dat Ros Soerel helemaal niet zo goed kende als hij zelf deed voorkomen. Voorzitter: 'De stelling van Ros dat u allang contact had met Soerel, loopt daar dwars doorheen'. Jessy: 'Ja, zonder bewijs, hij praat La Serpe na'. Soerel heeft volgens Jessy geen enkele link met liquidaties.

Wat betreft Ali en de semafoon 'piep'- code (1,2,3,4,5,6) waar La Serpe het over heeft, daar zegt Jessy over dat hij Ali nooit semafoneerde.
Voorzitter: U heeft dus nooit gepiept met Ali?
Jessy: Nee.
Er zou een nummer zijn geactiveerd (eindgetal: 9656) dat gepiept heeft met Ali.
Mr. Janssen: Dat nummer werd geactiveerd terwijl meneer Remmers gedetineerd zat. Dat is wel een nuancering.
Jessy: Ja, dat wou ik net zelf zeggen.
Mr. Janssen: Oh, nou dan was ik je voor, hahaha!

Over Ali Akgün wist Remmers ook niets ivm liquidaties. Alleen drugshandel kwam wel weer even ter sprake, dat er geïnvesteerd zou zijn in dat ‘projectje’. Zelfde als waar het hiervoor over ging. Jessy zou daarvoor geld hebben afgegeven in flat Wamberg, niet aan Ali zelf, maar aan ene ‘Platvoet’. Het was zijn project, niet van Ali, zei Jessy erbij. ‘Platvoet?’ vroeg de voorzitter. Jessy: 'Ja, dat was een bijnaam die Sjaak Burger had voor negroïde mensen'. Dit was namelijk een kleine neger, een vriend van Ali die over de investeringen in dat project ging, waar Jessy de naam niet meer van wist. Maar als het in taps over Platvoet gaat, kan het dus ook een andere neger geweest zijn dan deze persoon. Deze uitdrukking gebruikten ze vrij algemeen voor negers.
OM: Winston M.?
Jessy: Dat weet ik niet meer.

Er werd even een getapt gesprek uit 2003 aangehaald tussen ‘Advocaat Nico Meijering en de advocaat van Siem Wulfse’. Dat ging volgens het OM over wekelijkse betalingen die Greg Remmers zou doen aan Fred Ros. ‘Wekelijks ?!’ zei Jessy verbaasd. Daar wist hij niks van. Het leek overigens wel of AG Cynthia de Jong hetgeen ze zei weer wilde inslikken, kreeg ik een beetje de indruk. Alsof ze besefte dat afluisteren van advocaten op z'n zachtst gezegd niet netjes is en zich een beetje betrapt voelde. Maar kan me vergissen. Is dat afluisteren van een advocaat niet fout van het OM? Ik weet niet zeker of dit nu meteen onder geheimhoudersgesprekken valt, gesprekken van twee advocaten onder elkaar, maar het geeft toch wel te denken.

Advocaat-generaal De Jong: Wist u niet dan dat uw vader wekelijks aan Fred Ros betaalde?
Jessy: Nou niet dat me bijstaat... wekelijks?!
De Jong: Ja?
Jessy: Wekelijks?! Nou nee... dat uh...
De Jong: Ja, ‘iedere week geld stort’ dat is een uitdrukking die eh... of eh... het is een gesprek, maar ik zal ze zo dadelijk overleggen...
Jessy: In die zaak... eh... ik weet, nou goed eh...
De Jong: Er is een gesprek van 5 mei 2003, Plasman laat dan weten, Plasman is de advocaat van Fred, die laat weten aan de advocaat van Greg, dat is de advocaat van Meijering, dat Greg zijn afspraken niet nakomt, ten opzichte van Fred Ros...
Jessy: Ja maar wat... dit is een gesprek tussen wie?
De Jong: Tussen uh... uhm.. dat is uh... waarbij Greg vertelt...
Jessy: Aan?
De Jong: Ik pak het gesprek er even bij: 5 mei 2003
Mr. Janssen: Kunt u het niet uitdelen?
De Jong: ..uh..
Voorzitter: Reik het nou maar even uit!
De Jong: Ja. (deelt papieren uit)
Voorzitter: Laten we praktisch blijven.
Jessy: Misschien kan ik dan gelijk even mijn verhaal afmaken waar ik mee bezig was?
Voorzitter: Even wachten. Anders zijn we niet bij de les.
De Jong: Gesprek op blz. 7, tussen Greg en Siem Wulfse:
Voorzitter: 5 mei 2003 - 12:53 ?
De Jong: Ja klopt.
(... iedereen leest ...)
De Jong: Greg zegt dat hij Siem Wulfse wil spreken over die Chinees, omdat die er mee vandoor gaat...
Jessy: Die Chinees is Howard Sterk... maar dat begreep u al.
De Jong: Hm-m.
Jessy: Voordat er iemand anders mee getracht wordt eh...te eh...

Mr. Janssen hapte niet echt, dus ik twijfel. Hij maakte meteen hierna wel bezwaar tegen het gefaseerd vragen stellen en het 'lopen grasduinen uit andere onderzoeken'. Dit tapgesprek was uit ‘onderzoek Baars’, als ik het goed heb gehoord. Zegt mij verder niets.

Tot zover.

Het ging om 16:45 verder achter gesloten deuren na een korte pauze, dus ik kon gaan. Men zou het verhoor af proberen te maken zodat de uitloopdag niet nodig is. Dat is gelukt, de uitloopdag van vrijdag as. gaat niet door.

Het volgende verhoor, dat van verdachten Moppie Rasnabe en Siegfried Saez, staat gepland voor vrijdag 13 mei.

<<<O>>>

Het boek 'Beyond The Truth of Life' van Jessy Remmers is sinds enkele dagen wereldwijd ook verkrijgbaar als e-book via Amazon voor $ 9,53


(klik)

From the second up to the penultimate chapter the reader can follow what happens from the viewpoint of a young man named Edward Zolfer. But on the whole the narrative is not about him. It is about what he discovers by means of what happens to him, what he understands he has to do with it and what it means for the world he believed he lived in. It requires some patience from the reader, since a bit before the second half of the book it just starts to become exciting. From then, the reader will understand that attentively reading the first half of the book was indispensable to fully comprehend all that follows by means of Edward’s mindblowing adventures. During reading the book there’s very little down to no chance there could be expected the profoundness of what it is all about before the reader did commence with it (as far as the reader is able to grasp it) – regardless of this ‘warning’.

<<<O>>>

*
U heeft vast wel gemerkt dat ik Jessy ben gaan schrijven in plaats van Jesse. In het dossierstuk Exposé (daarover later meer) legt hij dat uit:

Jessy: ‘Zelfs mijn naam is een leugen in het Passage-dossier. Een of andere boeren-jongen die bij de CIE werkt heeft mijn naam destijds fonetisch opgeschreven, maar dan wel Engels uitgesproken, dus Jesse, terwijl ik toch echt Jessy heet met een y.’


Bondtehond