woensdag 21 december 2011

'Iedereen weet volgens mij het verschil tussen een woonboot en een caravan'

Tijdens de laatste zitting van het liquidatieproces in 2011 stond het verhoor van Moppie Rasnabe op de agenda in verband met de verklaringen van getuige Harry Wolzak. Moppie zat samen met zijn tweede raadsman Mr. Mark Nillesen naast hem vooraan in de rechtszaal klaar om vragen van andere procespartijen te beantwoorden. Deze vragenronde was op verzoek van de verdediging van verdachte mevrouw Pinny Song, die overigens zelf niet aanwezig was. Vaak zijn beide advocaten van Pinny Song, Mrs. Stijn Franken en Chrisje Zuur, wel aanwezig in de bunker-rechtszaal, vandaag alleen Mr. Chrisje Zuur.


De rechter vroeg of Moppie de eed of de belofte af wilde leggen.
Moppie zei: Ik denk de belofte maar. Als Moslim ga ik toch niet mijn hand op een Bijbel leggen?
(Daar zit wel wat in natuurlijk, dus Moppie koos voor de belofte.)
Rechter: Als u opzettelijk de waarheid niet zegt, kunt u weer gevangenisstraf krijgen en dat moeten we niet hebben.

(samenvatting - enkele stukjes verhoor ontbreken, aangegeven
met:  <---->,  het verhoor is wel in de grote lijnen weergeven)

Moppie stak meteen maar van wal en merkte allereerst op dat hij nu wel allerlei vragen kan gaan beantwoorden, met bijbehorende data's, maar dat hij daar toch wel een bezwaar in ziet.

Moppie: Het probleem is, mevrouw de rechter, alles staat op internet met deze zaak. Straks komt er weer een gek die zegt: 'Ja, ik heb hem die en die datum gezien op een kameel in de Sahara'.
Rechter: Ja, maar daar kunnen we niets aan doen...
Moppie: Net als met dat feest met Charley Chaplin, toen dat bekend werd gemaakt. Ik zweer het je, u mag de sleutel weggooien als ik daar geweest ben. Uw collega zei: 'Het was oktober de 5e', en ja hoor, de getuige zegt 5 oktober... Begint u alstublieft met "de woonboot."
Rechter: En wat wilt u daar over zeggen?
Moppie: Ik weet voor 1 miljard % zeker dat er geen woonboot ligt. Er staat een oude caravan, geen woonboot. Iedereen weet volgens mij het verschil tussen een woonboot en een caravan.
Rechter: U had contact met Gilbert?
Moppie: Ik ging met Gilbert in die tijd zeker negen dagen per week op stap. Ik ging ook wel eens stappen in de It of zo. Ik zeg u dat daar geen woonboot heeft gestaan. De recherche zegt van wel. Ik niet.
Rechter: Had hij een woonboot?

Moppie: Mevrouw, er is daar geen woonboot. Het is aan de xxxxx-dijk xx in Loosdrecht. Daar sliep ik wel eens. Als je op die plek een woonboot zou hebben, kost een vermogen. Dit was een caravan van een paar duizend gulden.
Rechter: Had Gilbert of Henk Rommy ergens anders een woonboot?
Moppie: Dat weet ik niet. Ik heb nooit gehoord over een woonboot. Gilbert had geen woonboot. We zullen zien wie er liegt, die fantast of ik.
Rechter: U had contact met Gilbert dus?
Moppie: Ja, met Gilbert.
Rechter: En de rest van de familie?
Moppie: Volgens mij zat Henk vast.
Rechter: U zag Henk Rommy toch ook wel?
Moppie: Ik ging met z'n zoon om. Dus logisch dat je z'n vader dan ook ziet.

<---->

Rechter: Er was een hoeveelheid contacten.
Moppie: Ja.
Rechter: Toen kwam Henk Rommy vrij, met die IRT-affaire. Zag u dhr. Rommy in die tijd?
Moppie: Ik heb hem tot 2000 gezien, daarna niet meer.
Rechter: U heeft hem ontmoet op zijn boerderij?
Moppie: Ja.
Rechter: Die boerderij, wanneer was dat?
Moppie: U moet het zo zien, ik was vaak in het buitenland. Ik ging van Marbella naar Marokko. Toen ik terugkwam, woonde Henk op die boerderij.
Rechter: Eind '94 kwam Rommy vrij. Was u toen bij hem?
Moppie: Ja. Ik heb de Kerst in Huis ten Duin in Noordwijk gevierd.

<---->

Rechter: Eind '94 komt Rommy vrij. U gaat in de herfst naar Marbella. U ziet later dat Rommy is verhuist.
Moppie: Ja. Er speelde een groot probleem met de belasting voor Rommy. Hij moest 20 miljoen betalen. Hij heeft toen 4 a 5 miljoen betaald en de rest was ie bezig in Spanje om dat geld te regelen.
Rechter: In Spanje?
Moppie: Ja, en hij heeft toen, pak me niet op 100.000, een overeenkomst gesloten voor 3 a 4 miljoen. Toen kwam dat onroerend goed vrij.
Rechter: En hij woonde toen in Kortenhoef?
Moppie: Ja.

<---->

Rechter: Hoe was het contact met Rommy?
Moppie: Ik had geen huwelijks-contract met hem.
Rechter: Daar gaan we vanuit ja.
Moppie: Ik was jong. We waren jong. We gingen vaak stappen met een aantal mensen. Gilbert, Sjarrel, ikzelf. Oh ja, Kobus de Groot zou in Maarsen hebben gewoond. Dat is niet zo. Sjarrel de Groot woonde daar. Die boerderij in Nieuwersluis is toen verbouwd. Gilbert at vaak bij zijn vader. We gingen vaak op stap. Onder andere in de Baja Beachclub. Ik weet wel het verschil tussen de grote en de kleine Baja.
Rechter: Dat weten we inmiddels wel.
Moppie: Ik heb de heer Wolzak amper gezien. Ik heb er geen herinnering aan in ieder geval.
Rechter: Er zijn bijnamen, zegt u dat iets?
Moppie Ik heb nooit geweten dat hij Harry heet. We noemden hem heel anders. Maar die bijnamen zal ik maar niet zeggen hier.
Rechter: Heeft u gehoord dat Rommy omging met de heer Wolzak?
Moppie: Rommy ging met zoveel mensen om.
Rechter: Wat weet u wel van hem?
Moppie: Wat moet ik weten van hem dan? De vrouw van Henk Rommy had een bloedhekel aan hem. Ze haatte hem.
Rechter: Wie was dat? Lonneke?
Moppie: Nee niet Lonneke. Dat was S.O.
Rechter: Zoals u het nu zegt had zij bezwaar, concreet, dat Wolzak bij haar over de vloer kwam?
Moppie: Ze wilde niets met die mensen te maken hebben. Fred S. kwam er ook. Gilbert zei dat ze liever niet had dat die over de vloer kwamen.
Rechter: Wie vertelde dat?
Moppie: Gilbert, Henk zelf, S.O., kan iedereen zijn.
Rechter: Dus u hoorde van Gilbert dat S.O. liever niet had dat Wolzak over de vloer kwam?
Moppie: Die man uit Amersfoort.
Rechter: U legt het verband dat het die man in het hokje was. Hoe legt u dat verband?
Moppie: Niet door die man uit Amersfoort, maar door zijn bijnaam.
Rechter: Wat was die bijnaam?
Moppie: 'De pedo'.
Rechter: Dat was toch wat Henk Rommy zei? Dus als ik het goed begrijp is het omdat Henk Rommy hem 'de pedo' noemt op internet?
Moppie: Nou, zo was ie allang bekend. Als je op jonge meisjes van 14 valt...
Rechter: Als ik het goed begrijp kende u hem amper. Hoe komt het dat u wel weet dat S.O. hem niet over de vloer wilde?
Moppie: Maakt niet uit hoor. Er waren wel meer mensen die S.O. niet over de vloer wilde. Wel een stuk of 10.

<---->

Rechter: Was het een verrassing voor u dat de heer Wolzak in het hokje zat?
Moppie: Mevrouw, het is toch allang duidelijk. Alles staat op internet. Iedereen kan komen om een verklaring af te leggen voor 10 of 20.000.
Rechter: Was het een vreemde voor u?
Moppie: Wat is vreemde? Ik ben niet goed in talen.
Rechter: Ik constateer dat u niet een heel vreemde zag. Heeft u anderen horen vertellen over contacten van Rommy en Wolzak?
Moppie: Rommy verteld dat soort dingen niet.
Rechter: En Gilbert?
Moppie: Nee.
Rechter: Heeft u wel eens wat anders gehoord?
Moppie: Daar verschoon ik me op.
Rechter: Weet u waar Wolzak woonde?
Moppie: Nee, hoe moet ik dat nou weten?

Op dit moment vroeg Mr. Chrisje Zuur het woord. Ze maakte een goed punt.
Mr. Chrisje Zuur: Mevrouw de rechter, weten we eigenlijk wel of Mohammed de heer Wolzak bedoeld? Is er een foto uit '93? Begrijp me goed, er is een mogelijkheid dat er twee sporen volledig naast elkaar, langs elkaar heen gaan. Wat is de relevantie dan van dit verhoor als we het over 'pedo' hebben? Laten we het anders over de man in Amersfoort hebben. Begrijpt u mijn punt? (wie is wie?)
Rechter: Ja, ik begrijp uw punt. Ik kijk even naar het OM. Kunt u er iets meer over zeggen?
OM: (lange stilte)
Mr. Betty Wind ontwijkend: Het staat ons iets bij dat de vragen aan de heer Rasnabe nogal moeizaam gaat op momenten.
Mr. Zuur onverstoorbaar: Kunnen we geen foto laten zien aan de heer Rasnabe? Want het gaat nu over een man uit Amersfoort.
Mr. Wind: Er zijn geen foto's uit '93, kan ik u zeggen.
Mr. Zuur: We kunnen vragen om een foto van de getuige zelf. Dat hij die beschikbaar stelt?
Rechter: Ik heb wel behoefte het in de koffiepauze te overleggen. We gaan nu even verder.
Richting Moppie: U zegt, het is allemaal niet gebeurt. Het feest van Charley Chaplin, de woonboot, etc. U zegt, ik ken die man niet. U zat in Marbella.
Moppie: Het is heel makkelijk. We hebben Bert Schilder. Ik ga u vanaf mei 1997 waar ik ben geweest tot eind december vertellen waar ik geweest ben. Ik was in het buitenland.
Rechter: U zegt dat verhaal van die man in het getuigenhokje is niet gebeurd. U hoeft het niet uit te leggen. U zegt: 'Het is niet gebeurd'.
Lauwaars: Wat ik begrepen heb. U ging wel om met mensen in die kringen, met Gilbert voornamelijk. Die mevrouw O. zei dat er zo'n 10 mensen waren die niet welkom waren.
Moppie: Ja... Mag ik wat vragen aan het OM? Voor het OM is het heel makkelijk. In een paar minuten kunnen ze het zien. 10 mei 1997 weet ik precies waar ik was.
Rechter: Dat is wel duidelijk.

Mr. Chrisje Zuur: Het is ook wel mogelijk dat de heer Rasnabe hem niet kent. Althans dat we het over een andere persoon hebben die hij nooit heeft gezien. Ik heb niets met liquidaties van doen zegt de heer Rasnabe. De naam 'pedo', hij zou het zomaar over een ander kunnen hebben.
Lauwaars: Bent u nou bezig met een klein pleidooitje?
Mr. Zuur: Nee, nee, maar het is wel zo dat we het over een persoon hebben waar we niet met zekerheid hebben kunnen vaststellen of het dezelfde persoon is.
Mr. Nanette van Ditshuyzen: Ik wil, voor u de pauze aan gaat kondigen, dat gevoel heb ik dat u dat gaat doen, zou de heer Rasnabe eerst een beschrijving kunnen geven?
Rechter: Nou, we gaan eerst pauzeren.

Na de pauze was er een discussie over het feit dat Mr. Nillesen door het OM verboden werd, aldus de raadsman, dat hij met zijn cliënt kon overleggen. Ook een andere aanwezige advocaat van Moppie, Mr. Mull, die in de zaak Indiana optreedt als de raadsman van Moppie, mocht ook niet bij zijn cliënt.(Indiana = poging tot liquidatie Russell Jones aka Anthony Christopher Vaz aka 'Raps' aan het IJsbaanpad) Dhr. Mull heeft overleg gehad met Mrs. Kuijpers en Nillesen en dus Indiana op zich genomen, aldus Mr. Mull, en wilde tevens naar de cel van Moppie. De toegang werd beide raadslieden dus ontzegd door het OM.

De rechtbank besloot de middagpauze iets te vervroegen om zo de raadslieden de kans te geven alsnog met Moppie te overleggen. Mr. Nillesen heeft vervolgens met Moppie Rasnabe afgesproken dat deze zich verder op z'n verschoningsrecht zou beroepen.

Rechter: Betreft dat alle vragen? Of alleen over de heer Wolzak?
Mr. Nillesen: Ja, alle zaken.
Rechter: Ok, het is niet anders. Het is een recht dat mijnheer heeft.

Mr. Betty Wind: Het was op verzoek van mevrouw Zuur, mischien wil zij iets zeggen?
Mr. Zuur: Mijnheer Rasnabe, u heeft eerder vastgezeten voor Van Maurik.
Moppie: Ik geef geen enkel antwoord op geen enkele vraag op dit moment.
Mr. Zuur: Ik ga er vanuit dat u op een later moment wel op vragen antwoordt?
Moppie: Dat kan best.

<---->

Mr. Betty Wind: Ik geef de rechtbank in overweging toch nog een paar vragen te stellen. Het OM wil ook onderzoeken of het wel waar is wat de heer Wolzak zegt. Mischien, en dat is de eerste vraag, of de heer Rasnabe het terrein zou kunnen beschrijven waar de caravan dan stond, hoe dat eruit ziet? Mischien kan hij zelfs een tekening maken? De tweede vraag is of hij een omschrijving kan geven van de man uit Amersfoort die hij in zijn hoofd heeft en waarvan hij die bijnaam weet. Dit in het kader van verificatie, dan wel falsificatie. Van Rasnabe is duidelijk dat hij een punt wil maken, daar kan hij dan zelf aan bijdragen.
Rechter: Ik weet niet of deze vragen het standpunt van de heer Rasnabe en zijn verdediging veranderd?
Mr. Nillesen: Nee, daar werkt de heer Rasnabe nu niet aan mee.
Rechter: Dan is dit in ieder geval de situatie nu zoals die is en zien we na het proces-verbaal wel weer verder.

Wordt vervolgd in januari....

*

Vlak voor de sluiting van het Passage-jaar 2011 waren er nog allerlei stukken binnengekomen bij de rechtbank waarover de jongste rechter wat vragen had. Ik zal u niet vermoeien met alle punten, maar Mr. Nico Meijering bedankte de rechtbank dat deze het OM had opgedragen een toetsing over weglatingen uit het dossier bij de rechter-commissaris te laten uitvoeren. 'Want anders', zo zei Meijering, 'zouden wij dit nooit hebben gehad. De laatste heeft mij buitengewoon verrast'.

Het laatste ging onder meer over een proces-verbaal van officier van justitie Mr. Zwinkels. Mr. Betty Wind vroeg of ze een toelichting mocht geven. Dat mocht.

Mr. Betty Wind: Ik wilde iets toelichten op het proces-verbaal van de heer Zwinkels. De weglatingen zouden op oneigenlijke gronden uit het dossier worden weggehouden. Op het derde punt van de weglating is W015 toegevoegd. Dat is een toevoeging van La Serpe die hij gaf. Het is de vraag of er een Kalashnikov-patroon aangetroffen is in het lichaam van Kees Houtman. Ik wil nadrukkelijk mededelen dat dat niet het geval is. Het is niet aan de heer La Serpe medegedeeld.

Rechter richting Mr. Meijering: Ik zie u naar de microfoon grijpen?
Mr. Meijering: Ja, mag dat?
Rechter: Nou u kunt naar de microfoon grijpen, verder zien we het wel.
Mr. Meijering: Mevrouw, die laatste weglating, ik schrik er gewoon erg van.
Rechter: Ok, ik geef u 5 minuten.
Mr. Betty Wind wilde de raadsman beletten: Mevrouw de rechter, u kunt zich afvragen of het moment wel daar is...
Rechter: Gaat uw gang mijnheer Meijering.
Mr. Meijering: Ik zie iets voorbijkomen over Houtman. Dat de heer La Serpe wil weten van de heer De Haas of er een patroon/kogel in het lichaam van Houtman terecht is gekomen. En dan alles terugdraaiend, denk ik: 'Hoe is het mogelijk dat dit al die tijd buiten de processen-verbaal is gehouden?' Ik schrik daar heel erg van dat dat nu pas aan het dossier wordt toegevoegd.
Rechter: Ik denk dat we, mijnheer Meijering, dit op een later moment moeten bespreken. Het is nu niet het juiste moment daarvoor.

Mr. Meijering: Ik kan u volgen, maar ik geef wel aan dat dit aanleiding geeft de juridische messen richting het openbaar ministerie wat meer te slijpen en dat we er zeker op terug komen. Nogmaals, het is voor ons zeer bitter.
Rechter: Laat ik er dit over zeggen. Nogmaals, als de messen nu nog niet genoeg geslepen zouden zijn, zou u na de vakantie alsnog met scherpere messen terug komen. Dus in dat kader lijkt het mij verstandiger hier na de vakantie op terug te komen.
Mr. Meijering: Dank u wel.
Mr. Betty Wind: Mag ik er nog één ding over zeggen? Als het kantoor van Meijering de vakantie wil besteden aan het slijpen van de messen, dan mag dat natuurlijk. Daar is op zichzelf niets mis mee. Dan moeten zij dat zelf weten. Als zij het openbaar ministerie vragen wil stellen of dingen uit wil laten zoeken, dan stel ik voor dat u de vragen op schrift stelt en daar niet op het laatste moment mee aankomt om onnodig tijdverlies te voorkomen.

Mr. Meijering antwoordde niet, maar merkte nog wel op: Cliënt (Dino Soerel -red.) merkt op dat hij het niet als toeval kan ervaren dat vandaag de checks aan het dossier worden toegevoegd, dus de 20e en 21e, en dat het proces-verbaal van de heer Zwinkels de 19e aan het dossier is toegevoegd.
Rechter: Dank u wel.

De zitting ging verder achter gesloten deuren omdat La Serpe had aangegeven niet te kunnen garanderen dat hij in de hitte van de strijd per ongeluk namen van (anonieme bedreigde) getuigen zou droppen tijdens een openbare zitting. Het OM sloot zich daarbij aan. Mr. Nico Meijering had de rechtbank in een schrijven reeds laten weten dat hij niet het risico wilde lopen dat La Serpe de namen eventueel zou zeggen tijdens een openbare zitting. De pers kon dus vertrekken.

U las het net al, de juridische messen zullen geslepen worden voor een laatste allesbeslissende periode van het liquidatieproces Passage. Ook volgend jaar zal ik proberen zoveel mogelijk zittingen bij te wonen om verslag te doen.

Het proces gaat verder op vrijdag 13 januari 2012.

Dan rest mij nu nog u alvast een Vrolijke Kerst en een Prettig uiteinde van 2011 toe te wensen!

Bondtehond

woensdag 14 december 2011

'Dit vind ik de Achilleshiel van dit proces'

Na bijna drie zittingsdagen achter gesloten deuren heeft de rechtbank van het Passageproces enkele onderzoekswensen toegewezen aan de verdediging. Getuige NN1 moet worden gehoord over de Hollowpoint-patronen en tevens dient getuige F3 opnieuw te worden gehoord. Meer valt er op dit moment niet over dit onderwerp te zeggen. De term 'achter gesloten deuren' zegt het eigenlijk al, de zittingen waren niet toegangelijk voor de pers in verband met de (anonieme bedreigde) F-getuigen. Tot slot maakte de rechtbank de tussenbeslissing bekend rondom de verzoeken van de verdediging, onder meer over het (concept-) verweer van 27 A4'tjes van kroongetuige Peter La Serpe.


De zitting begon met een mededeling van de jongste rechter dat Moppie Rasnabe zich vandaag had ziekgemeld omdat hij een ontstoken kies heeft die vandaag getrokken moest worden. Eigenlijk zou Moppie vandaag nog gehoord moeten worden over hetgeen getuige Harry Wolzak op zitting had verklaard. Dit is nu uitgesteld tot 20 december. De rechter zei nog wel streng dat Moppie al een tijd niet geweest is en dat hij dan ook echt moet verschijnen, anders zou de rechtbank desnoods medebrenging kunnen gelasten. Volgens Moppies tweede raadsman Mr. Mark Nillesen had Moppie hem voor het weekend enkele malen geprobeerd te bereiken, echter dat was niet gelukt. Moppie zou zijn best doen aanwezig te zijn op zitting de 20e.

Voordat de rechtbank de tussenbeslissing bekend maakte ging het OM in op de verschillende verzoeken van de verdediging, met name dus op het betoog van Mr. Sander Janssen van 2 december. Volgens Mr. Betty Wind (uiterst links) zou het betoog van de raadsman van Jesse Remmers van speculaties aan elkaar hangen. Ook vond de officier van justitie dat Janssen afsloot met een mooi toneelstukje. Ze doelde op het moment waarop Mr. Janssen in ging op de financiële toezegging, de lump-sum van 300.000 euro die door toenmalig CIE-officier Mr. Sander de Haas tijdens het verhoor op zitting een 'niet-exessieve voorziening' werd genoemd. Mr. Janssen zei als reactie daarop: De deal: 300.000 euro. Een niet-exessieve voorziening... U kunt dit toch niet uitleggen aan de koffietafel? Op een verjaardag? Ik in ieder geval niet aan mijn moeder. En mijn moeder is niet simpel, maar ze begrijpt het niet.

Mr. Wind zegt daarover dat Janssen uit processen-verbaal denkt op te kunnen maken dat de 3 ton naast andere financiële toezeggingen zou zijn gedaan, maar dat dergelijke toezegging niet door De Haas is gedaan. Daar is volgens Wind geen sprake van. Het zit zo: La Serpe zou na afloop van zijn detentie onder de hoede van het TGB blijven. Echter La Serpe gaf in 2008 aan geen gebruik te willen maken van het TGB. Toen is hem toegezegd dat hij een bepaald bedrag zou krijgen om zijn eigen veiligheid te regelen, een lening en inkomensgarantie van iets boven modaal. Naar oordeel van de staat is daarmee de intentieverklaring van de staat vervallen. De conclusie moet zijn dat Janssen uitgaat van afspraken gemaakt 'daarnaast'. Dat is onjuist, aldus Wind.

Over het één en ondeelbare OM. Dat het OM één en ondeelbaar is, was juist van de raadsman. Echter, zo zegt Wind, binnen het OM zijn er wel gescheiden verantwoordelijkheden, en dat hoort ook zo. Bijvoorbeeld: Het bij het CIE bekende, is niet bekend bij alle OM-onderdelen.

En over het verweer van 27 A4'tjes van La Serpe zei Wind nu dat het OM de indruk heeft dat La Serpe een partijtje blufpoker heeft gespeeld. Over de 9 punten die La Serpe kenbaar heeft gemaakt op zitting zegt Wind dat niet valt in te zien waarom dit zaaksoverstijgend zou zijn. En de 2 punten die geheim moesten blijven, de ene pagina over de aanverwante van La Serpe en de opnames met TGBers, zijn van ná de totstandkoming van de deal.

De officier van justitie gaf tot slot van haar reactie een min of meer vermanende opmerking, bedoeld voor Mr. Janssen. Kort nadat ze net een gedeelte uit het betoog van Janssen omschreef als 'een toneelstukje', en het noemen van verschillende (mogelijk toegezegde) bedragen omschreef als 'Het leek wel miljoenenjacht', of de vermeende toezeggingen van De Haas als 'gegoochel' van de raadsman, klonk dit toch wel een beetje vreemd in mijn oren. Maar goed, wie ben ik, kennelijk kan dat dan weer wel.

Mr. Wind: Een advocaat hoort niet alleen oog te hebben voor zijn cliënt, maar ook voor de behoorlijke procesorde.
Mr. Hans Oppe (2e van rechts) voegde daar later nog aan toe: Het woordgebruik van de heer Janssen. Hij sloot zich aan bij de heer Meijering. 'Schandalig' en 'schandelijk', ik was dat niet gewend van de heer Janssen. Van de heer Meijering wel. Het gebeurt bijna iedere zitting... (klonk dit ook niet als een steekje onder water?)

De conclusie van het OM was uiteindelijk: Alle verzoeken moeten worden afgewezen.

Na de reactie van het OM kregen de raadslieden ook nog gelegenheid te reageren. (samengevat)

Mr. Janssen: Ik vind overigens dat het OM de toon zou moeten matigen. Het OM kan helemaal niet weten of ik speculeer. Naar mijn overtuiging is tijdens die bijeenkomst vlak voor Kerst wel degelijk een verkapte beloning aan de orde geweest. La Serpe noemde wel degelijk 300.000 euro. Het OM noemt mijn betoog een toneelstukje? Hoezo? Wij waren er niet bij, het OM was er ook niet bij.

Over het verschil in standpunten. Het OM stelt dat de stelling van La Serpe, dat zijn herinneringen zaaksoverschrijdend zouden zijn, niet valt in te zien. Onze kroongetuige, die verklaard in veel zaken, heeft op dit punt dus glashard verkeerde informatie gegeven?

De Haas heeft La Serpe kunnen overtuigen. Er zijn wisselende verklaringen, één miljoen, toen naar beneden, toen 3 ton. De toezegging moest eerst langs Van der Bel (TGB). Daaruit zou La Serpe hebben kunnen opmaken dat er geen toezegging is gedaan. Oude wijn in nieuwe zakken, met als voordeel dat het nu niet openbaar hoefde te worden gemaakt. (onder geheimhouding van de geheime TGB-overeenkomst - red.) Is wat er is toegezegd wel rechtmatig geweest? Allereerst ziet het toe op de rechtmatigheid van de deal.

Het OM is één en ondeelbaar. Als er een fout wordt gemaakt en dat is terecht, is het OM daar verantwoordelijk voor. Er is toegezegd: Prima, een lump-sum van 300.000. Er zijn zwaarwegende aanwijzingen dat de toezeggingen onrechtmatrig zijn. Dit vind ik de achilleshiel van dit proces. Het proces drijft op de deal met de kroongetuige. Er moest een einde worden gemaakt aan de liquidatiegolf in Nederland. De verpakking ziet er mooi uit, maar het gaat om wat er in zit. Ook basaal gezien is wat er is toegezegd van het grootste belang. Van cruciaal belang. Ik persisteer bij de onderzoekswensen! Laat ik afsluiten met, ik snap niet zo goed waarom het OM niet zegt: Gaat u nou maar eens onderzoeken of er onrechtmatige toezeggingen zijn gedaan. U zult zien dat ik er niet naast zit. Dank u.

Rechter: Ik sta er telkens weer versteld van hoe u uit de losse pols in staat bent inhoudelijk te reageren en in zulke mooie bewoordingen.
Mr. Janssen: Dank u.

Rechter: Mijnheer Meijering, wilt u nog wat zeggen?
Mr. Nico Meijering: Ik persisteer bij de belangen die in dit geval in ons voordeel zou moeten uitpakken.
Primair: Ik zou willen vragen of de rechtbank La Serpe een antwoord wil laten geven op de reactie wat het OM zegt, dat het blufpoker zou zijn. De 27 A4'tjes, mij staat bij dat hij die nou toch weer niet in wil brengen. Ik vind het een goed idee om hem te laten reageren op dat 'blufpokeren'.

Rechter richting La Serpe: Heeft u nog over de 27 A4'tjes nagedacht?
La Serpe: Nee, ik ben er niet mee bezig geweest. Ik merk de andere procespartijen wel...?
Rechter: De vraag is: Wilt u het wel of niet inbrengen?
La Serpe: Het is in ieder geval niet in mijn strafrechtelijk belang. Ik ben het wel eens met dit citaat uit de reactie van het OM: 'Het kan niet zo zijn dat het concept-verweer van mij als verdachte tegen de wil van een verdachte, ik dus, ingebracht wordt'. U weet dat er ontwikkelingen zijn. De raderen van de staat draaien langzaam. U weet, ik ben ik geen advocaat. Ik zal op een later moment een uitgebreide reactie geven en alle procespartijen duidelijkheid geven om ruis weg te nemen. Dat beloof ik.
Rechter: Ok, duidelijk, dan moeten we daar maar op wachten.
Mr. Betty Wind merkte nog wel op: Ok, dan hopen we maar dat er niet nog meer ruis onstaat...

Tot slot merkte Mr. Betty Wind nog op dat Mr. Janssen zegt dat er linksom of rechtsom toezeggingen zijn gedaan. Het is allemaal oud, op één klein aspectje na: La Serpe heeft 300.000 genoemd.
Mr. Wind: Ik ga nu niet diep in op dat bedrag, behalve: Als dat bedrag waar zou zijn, is dat nou ook weer niet zo'n buitensporig hoog bedrag in het kader van veiligheid betalen. Ik citeer De Haas voor het gemak.
'Duurzaam, op zelfstandige wijze in inkomen voorzien. La Serpe gaf aan een lump-sum bedrag rechtvaardig te vinden. Zelfstandig in inkomen voorzien zou volgens La Serpe noodzakelijk zijn om uit het criminele circuit te komen.'

Hierna volgde de middagpauze waarin de rechtbank zich tevens nog beraadde over de diverse verzoeken. Nadat de rechtbank 's middags de deuren nog een uurtje liet sluiten voor aanwezige pers las rechtbankvoorzitter Mr. Frits Lauwaars de tussenbeslissing voor.

(samenvatting in zeer grote lijnen, de tussenbeslissing telde 6 pagina's)

Mr. Lauwaars gaf eerst een lezing van de gebeurtenissen, vervolgens kwam hij tot de uitspraak.
De conceptverweer van 27 A4'tjes hoeft niet te worden ingebracht. De rechtbank acht zich in beginsel niet vrij om toevoeging aan het dossier te gelasten. La Serpe heeft zijn verweer gedeeld met het OM op een moment dat hij nog niet had besloten het te voeren. La Serpe behoefde er echter naar oordeel van de rechtbank geen rekening mee te houden dat dit conceptverweer een eigen leven zou gaan leiden in die zin dat het buiten zijn wil aan het strafdossier van hem en zijn medeverdachten zou worden toegevoegd.

La Serpe lichtte de gebeurtenissen toe op 3 november en gebruikte termen als 'zaaksoverstijgend', 'op ontoelaatbare wijze bewogen om kroongetuige te worden', 'afspraak met magistraat', bewust achterhouden van relevante informatie', aansturing van tactische verhoren', en 'meineed'. Hij heeft inmiddels een verklaring omtrent de gebeurtenissen die aan deze kwalificaties ten grondslag lagen in het proces gebracht. Naar het oordeel van de rechtbank vormt deze toelichting onvoldoende reden om de overige elementen van de conceptverklaring tegen diens wil in te brengen in het proces.

Een contra-indicatie voor een wezenlijk belang van de andere procesdeelnemers ziet de rechtbank in andere uitlatingen van La Serpe. Op 21 november heeft hij ter zitting laten weten dat zijn proceshouding primair tot doel heeft druk te zetten achter de onderhandelingen over de uiteindelijke beschermings- maatregelen. La Serpe gaf aan dat hij de term zaaksoverstijgend vooral te hebben gebruikt om de raadslieden van medeverdachten voor zich te mobiliseren. Van duidelijke aanwijzingen dat de nog niet ter kennis van de overige procesdeelnemers gebrachte elementen duiden op schending van rechtsregels die het belang van medeverdachten beschermen, is naar oordeel van de rechtbank geen sprake. De rechtbank acht dan ook geen termen aanwezig om het openbaar ministerie te gelasten, het verweer dat La Serpe uiteindelijk verkiest niet te voeren, tegen de wil van La Serpe in te brengen in het proces. Het verzoek wordt derhalve afgewezen.

Overige verzoeken: De rechtbank ziet in hetgeen door de verdediging is gesteld en aangevoerd geen zwaarwegende aanwijzingen om aan te nemen dat er inderdaad sprake is van een exessieve of volstrekt niet te onderbouwen voorziening of toezegging hiertoe aan La Serpe, waartoe een redelijk handelend officier van justitie met het oog op de gerechtvaardigde veiligheidsbelangen van La Serpe had kunnen komen. De verzoeken strekkende tot nader onderzoek hiernaar worden derhalve afgewezen.

Op grond van artikel 6 EVRM wil de rechtbank het Passage-proces binnen de redelijke termijn afdoen. De rechtbank besliste in verband met de voortgang van het proces, over de beoordeling van de (eventuele) onderzoekswensen, het volgende: Lees HIER

Deze week zal de rechtbank het nieuwe schema verspreiden.

Het proces gaat 20 december verder met het verhoor van Moppie Rasnabe. Waarschijnlijk de laatste zitting van 2011.

Bondtehond

zaterdag 10 december 2011

Beleef de Heineken ontvoering op je iPhone

Langs alle hotspots met de KidnApp Tour

Hoofddorp, 8 december 2011
- Vanaf vandaag te downloaden in de App Store: de Heineken KidnApp Tour. Daarmee leidt Sjerp Jaarsma, mede-auteur van het Panorama-boek De Heineken Ontvoering, je langs alle belangrijke plekken rondom deze historische ontvoering.


Zo kom je onder andere langs het geboortehuis van Willem Holleeder, de stamkroegen van de ontvoerders en de loods waar ze Heineken en Doderer hebben vastgehouden. Je kunt de tour zelf maken, maar ook thuis op de bank naar de documentaire kijken. Foto’s, tv-beelden van toen en unieke geluidsfragmenten vertellen hoe de ontvoering van bierkoning Alfred Heineken werkelijk ging.

Een rondleiding langs alle hotspots in Amsterdam en net daarbuiten, van deskundig commentaar voorzien door Heineken ontvoeringskenner bij uitstek Sjerp Jaarsma (van zijn boek zijn meer dan 15.000 exemplaren verkocht).
  • De losgeldbrieven van de ontvoerders zelf (met originele spelfouten).
  • Verhalen rond de ontvoering met veel details die bij maar een handvol mensen bekend zijn.
  • Het originele ingesproken bandje met de tekst hoe het losgeld overhandigd diende te worden. 
  • Exclusieve foto’s, waaronder jeugdfoto’s van de ontvoerders Willem Holleeder en Cor van Hout.
Misdaadreporter John van den Heuvel over Sjerp Jaarsma: “Jaarsma weet alles, echt alle details, ik denk zelfs nog beter dan de ontvoerders zelf.”

De KidnApp Tour voor de iPhone is nu te downloaden voor de introductieprijs van 0,79 euro.

(van 7 december tot 14 december 2011).
Reguliere prijs straks: 2,39 euro.

© 2011 Sanoma Media Netherlands groep.

Scan de QR code en download de app:




Aanbevolen door: Bondtehond

donderdag 8 december 2011

Georganiseerde Misdaad in de Lage Landen

Allround serie verhalen toont dat er binnen de georganiseerde misdaad geen grenzen bestaan.

Georganiseerde Misdaad in de Lage Landen neemt de lezer mee op een internationale reis in de wereld van bekende Nederlandse en Belgische misdaadkopstukken en een nieuwe generatie topcriminelen. Behalve hun achtergrond wordt ook hun werkwijze blootgelegd en in sommige gevallen, ook hun uiteindelijke falen.



In deze met passie en vakkennis geschreven serie verhalen komt voor de eerste keer de georganiseerde misdaad in zowel Nederland als België aan bod. Dit crimeboek neemt de internationale vertakkingen van Nederlandse misdaadkopstukken onder de loep, maar besteedt ook aandacht aan de onbekende topcriminelen die in Nederland en België actief zijn. John Mieremet en Henk Rommy zijn bekende namen die aan bod komen, maar de lezer maakt ook kennis met minder bekende vaderlandse topcriminelen als Paulus M. en Janus van W.


“Er is in de georganiseerde misdaad weinig aandacht voor het feit dat die geen grenzen heeft,” vertelt auteur Joris van der Aa. “Ik heb getracht bij deze verhalen een internationale bril op te zetten. Heb er bewust voor gekozen om geen platgetreden paden te bewandelen, maar heb de voorkeur gegeven aan boeiende verhalen over grote criminelen die belangrijker zijn dan de bekende namen, omdat ze slimmer waren en minder in de picture stonden.” “Het boek is redelijk allround,” voegt Koen Scharrenberg toe. “Er komen allerlei soorten criminaliteit in voor, van liquidaties, vrouwenhandel, drugs, criminele legers, reconstructies van moorden, reportages en motorclubs tot de werkwijze van criminelen. Het is een soort legpuzzel. Als je alle stukjes bij elkaar legt, krijg je een completer beeld van de moderne georganiseerde misdaad in de lage landen.”

Over de auteurs:

Koen Scharrenberg is een van de bekendste misdaadjournalisten van Nederland. Hij schrijft onder meer voor Elsevier en Panorama en is een gerespecteerde expert als het gaat om de wereld van de ruige motorclubs. Eerder verscheen van hem het boek Down for the count, waarin Scharrenberg als oud-karateka met diverse internationale titels op zak een blik werpt in de wereld van de vechtsport en de zware criminaliteit. Dit crimeboek kreeg lovende recensies en werd diverse keren herdrukt.

De van oorsprong Nederlandse Joris van der Aa werkt bij Het Nieuwsblad/De Standaard en publiceert in Panorama en P-magazine. Daarnaast heeft de in Antwerpen woonachtige crimejournalist zijn eigen drukbezochte blog op www.misdaadreporter.blogspot.com  

Boekgegevens:
Paperback, 240 pagina’s, met fotokaternen.
ISBN 97890 8975 1638
prijs: € 14,95



Scan de QR code en bestel bij Bol.com:



Aanbevolen door: Bondtehond

zaterdag 3 december 2011

'Het is als een slager die zijn eigen vlees keurt'

Een vlammend pleidooi vanmorgen in de bunker van de advocaat van Jesse Remmers, Mr. Sander Janssen. De raadsman sprak in navolging van zijn confrères ook een hartekreet uit dat hij vurig hoopt dat de zaak nu eindelijk eens afgerond kan worden. Ter afsluiting van het debat en de vragenronde rondom de de Holleeder-weglatingen, maar vooral na het laatste La Serpe-incident, met betrekking tot zijn verweer van de 27A4'tjes dat de kroongetuige nu niet meer wil voeren, deed de raadsman een aantal verzoeken aan de rechtbank van het Passage-proces. De zaaksoverschrijdende punten uit de herinneringen van La Serpe die hij reeds in de rechtszaal liet horen afgelopen weken hebben inmiddels wel het beoogde effect gehad op de verdediging van de andere verdachten natuurlijk.


Het inbrengen van het verweer is nu niet meer in zijn strafrechtelijke belang, zegt Peter La Serpe. De verdediging is van mening dat hij het hele verweer slechts gebruikte als pressiemiddel om een comfortabelere beschermingsdeal te krijgen. Rechtbankvoorzitter Mr. Lauwaars sprak er vorige week zijn zorg nog over uit en wees La Serpe erop dat hij wel heel erg veel risico neemt, aangezien de medeverdachten de zaaksoverschrijdende punten wél als erg van belang zullen aanmerken en zullen eisen dat La Serpe toch met zijn verweer op tafel komt. 'Dat kon u zien aankomen', zei Lauwaars. La Serpe antwoordde: Ja, uh uh uh, dat... uh... Ja, wat moet ik hier nu op zeggen?

Meneer La Serpe heeft zijn kans gehad. We verzoeken nu de rechtbank het OM op te dragen de 27 A4'tjes, op 1 na, dus 26 pagina's alsnog in te brengen. Het OM zegt: 'Het is geen probleem'. (het verweer mocht La Serpe voeren op 2 uitzonderingen na, betreffende A/geluidsopnames met TGBers + B/die ene pagina over een aanverwante van La Serpe - red.) Het zou wel erg raar zijn als het TGB daarna zegt: 'Het is wél een probleem', aldus Mr. Nico Meijering nog afgelopen maandag.

Mr. Sander Janssen ging daar, nadat hij maandag reeds aankondigde vrijdag een finale standpunt in te zullen nemen, met zijn pleidooi dieper op in. Hij sloot af met enkele belangrijke verzoeken.

Mr. Sander Janssen (samenvatting): De tussenbeslissing van de rechtbank op 27 april 2010 is afgelopen weken opnieuw meerdere malen onderwerp van gesprek geweest. Dit als gevolg van het feit dat de heer La Serpe een reeks nieuwe onthullingen heeft gedaan over de gang van zaken voorafgaand aan de totstandkoming van de overeenkomst met het openbaar ministerie, en rondom 'de incidenten La Serpe' zoals deze zich hebben afgespeeld in en rond juni 2009, in maart en april 2010 en in de afgelopen maanden.

Naar oordeel van de verdediging zijn in de laatste maanden feiten naar voren gekomen die maken dat de situatie thans veranderd is ten opzichte van april 2010, hetgeen voor uw rechtbank aanleiding zou moeten geven een deel van de toen genomen beslissingen te heroverwegen. In die beslissing heeft uw rechtbank zoals bekend geoordeeld dat sprake zou kunnen zijn van onrechtmatig verkregen verklaringen indien ontoelaatbare toezeggingen zijn gedaan. Daarbij werd in zijn algemeenheid niet uitgesloten dat die ontoelaatbare toezeggingen gedaan zouden kunnen zijn in het kader van de getuigenbeschermings- overeenkomst, in welk geval onder omstandigheden die getuigenbeschermingsovereenkomst niet volledig buiten het onderzoek in het strafproces zou kunnen worden gelaten.

Daarbij heeft de rechtbank echter enkele kanttekeningen geplaatst, te weten dat de toetsing van de rechtmatigheid van die overeenkomst grotendeels bij het openbaar ministerie en eventueel de Minister zou liggen, een toetsing voor de rechtbank lastig zou zijn zonder kennis te nemen van het totaal aan maatregelen, en is voorts geoordeeld dat het feit dat een (CIE-) Officier van justitie zowel bij onderhandelingen over een OM-deal als (al dan niet bemiddelend) bij de onderhandelingen over een TGB-deal betrokken zou zijn, niet zonder meer als onrechtmatig zou hoeven te worden aangemerkt. De rechtbank concludeert, en ik zal hier zekerheidshalve citeren:

Gelet op al deze kanttekeningen zullen er naar oordeel van de rechtbank zwaarwegende aanwijzingen moeten zijn dat er sprake is van een tegen de achtergrond van de nota van toelichting bij het Besluit getuigenbescherming inhoudelijk excessieve of volstrekt niet te onderbouwen voorziening of toezegging hiertoe, waartoe geen redelijk handelend officier van justitie met het oog op de gerechtvaardigde veiligheidsbelangen van de kroongetuige han kunnen komen, willen verzoeken om nader onderzoek naar de uiteindelijk gesloten TGB-deal(s), dan wel naar de onderhandelingen in de aanloop hiertoe, voor toewijzing in aanmerking komen.

Mr. Janssen: Toetsend aan dit criterium is destijds door uw rechtbank gesteld dat de informatie zoals die toen voorhanden was, onvoldoende reden gaf om te spreken van zwaarwegende aanwijzingen voor inhoudelijk excessieve of volstrekt niet te onderbouwen voorzieningen of toezeggingen en zijn de door de verdediging gevraagde onderzoekshandelingen vervolgens afgewezen. Naar het oordeel van de verdediging is er als gezegd thans informatie beschikbaar die destijds niet c.q. niet in die mate beschikbaar was welke dat onderzoek alsnog rechtvaardigt.

Tot zover de inleiding van Mr. Sander Janssen. De raadsman van Jesse Remmers onderstreept het grote belang van zijn cliënt met een samenvatting op hoofdlijnen zonder letterlijke citaten en dergelijke op te nemen in het pleidooi, aangezien het onderwerp al zo vaak besproken is op zitting.

La Serpe heeft meerdere keren het standpunt ingenomen dat bij de totstandkoming van zijn overeenkomst zaken zouden zijn voorgevallen die de overeenkomst in een totaal ander licht zouden plaatsen. Door zowel La Serpe zelf als zijn toenmalige raadsman Mr. Jan Peter van Schaik is de kwestie als zaaksoverschrijdend aangemerkt.

Janssen benadrukt dat de juistheid van de stellingen van La Serpe door alle procespartijen en met name het OM herhaaldelijk in twijfel is getrokken, maar dat La Serpe hierin heel stellig is geweest en daarbij is gebleven, en zowel als verdachte in zijn eigen zaak als getuige onder ede de ernst van de onrechtmatigheden van de zijde van de Staat heeft benadrukt. Zijn standpunt hierbij is dat het niet alleen gevolgen heeft voor zijn eigen zaak, maar ook de zaken van alle andere verdachten.

Daarmee is de kwestie niet alleen relevant vanuit het perpectief van het onderzoeken van de rechtmatigheid van het overheidshandelen bij de totstandkoming van de vervolging van Jesse Remmers, aldus Janssen, maar ook vanuit het perpectief van de betrouwbaarheid van de kroongetuige Peter La Serpe.

De verdediging realiseert zich uiteraard dat deze vertrouwelijkheidstoets wel haast een mantra begint te worden, een paraplu waaronder allerlei verweren en verzoeken geschoven kunnen worden, maar de rechtbank kan toch moeilijk ontkennen, dat als blijkt uit nader onderzoek dat La Serpe op al deze momenten dat hij hier over heeft verklaard in strijd met de waarheid heeft verklaard, dat dit op z'n minst door de rechtbank betrokken zal worden bij een uiteindelijk te vellen oordeel omtrent de betrouwbaarheid van La Serpe.

Mr. Sander Janssen: Simpel gezegd, als La Serpe keihard heeft zitten liegen, dan geeft dat op zijn minst te denken omtrent de inhoudelijke door hem met dezelfde of zelfs mindere mate van stelligheid gedane beweringen, welke de grondslag vormen van dit proces en de kurk waarop de bewijspositie van het OM drijft.

De verdediging heeft vanuit dat perpectief een wezenlijk belang, niet alleen een verdedigingsbelang maar een onderzoeksbelang, om vast te stellen wie hier nu de waarheid spreekt over de gang van zaken rondom de door La Serpe afgesloten overeenkomst, La Serpe of het OM. Het tweede belang is daarmee gegeven, te weten de rechtmatigheid van handelen van het OM in deze.

Mr. Janssen gaat diep in op het onderscheid dat steeds wordt gemaakt door het OM tussen het zaaks-OM, het CIE-OM, het TGB-OM, het CTC-OM c.q. het College Procureurs Generaal-OM, etcetera, terwijl de verdediging van Jesse Remmers tot de behandeling van deze zaak steeds in de veronderstelling was dat het OM geacht werd één en ondeelbaar te zijn. Dat standpunt wordt ook herhaaldelijk ingenomen door het OM wanneer dat het OM zo uitkomt. Het tot voor kort zo rotsvaste adagium wordt in dit onderzoek Passage met grote regelmaat op losse schroeven gezet wanneer het zaaks-OM geen verantwoordelijkheid kan of wil nemen voor beslissingen of standpunten van andere onderdelen van het OM, zoals het genoemde TGB-OM, de onderhandelingen van officier De Haas van het CIE-OM, beslissingen die ten aanzien van La Serpe zouden zijn genomen door het CTC-OM, enzovoort.

Of die scheiding zoals het OM deze voorstaat in rechte te handhaven is, valt in de visie van de verdediging nog maar te bezien. Het gehele stelsel van checks en balances waarbij het OM in laatste instantie verantwoording dient af te leggen voor het gehele traject van opsporing en vervolging, wordt op deze wijze op de helling gezet, zonder dat daar een een daadwerkelijk en legitieme vervanging voor wordt geboden.

Mr. Janssen merkte op: Het is als een slager die zijn eigen vlees keurt'

Naar het oordeel van de verdediging is het dan ook bepaald geen gelopen race wanner zou blijken dat het OM in een van de andere hoedanigheden dan het zaaks-OM, al dan niet met instemming of medeweten of betrokkenheid van dat zaaks-OM bewust of onbewust onjuiste informatie heeft verstrekt aan de rechtbank waar het de contacten en afspraken met La Serpe betreft.

La Serpe heeft meermalen gesteld dat officieren van justitie in ambtsedig opgemaakte processen-verbaal onjuiste informatie hebben verstrekt omtrent de gang van zaken rond zijn persoon, waarbij hij zowel gedoeld heeft op het inmiddels gemeengoed geworden fenomeen van de 'White Lies', als in de woorden van La Serpe, 'keiharde en aantoonbare leugens'.

(White Lies = het niet zo zeer vertellen van onjuistheden als wel het weglaten van relevante informatie als gevolg waarvan de strekking van de mededeling nog steeds onjuist is. - red.)

Als voorbeeld haalt Mr. Janssen het standpunt van het OM aan in de persoon van mevrouw Verwiel aan dat de TGB-overeenkomst meerdere keren binnen handbereik zou zijn geweest, maar door toedoen van La Serpe, die steeds met nieuwe of onuitvoerbare eisen kwam, nooit verwezenlijkt is. Een standpunt dat La Serpe in niet mis te verstane termen heeft betwist. Zou in rechte kunnen worden vastgesteld dat de beschuldigingen van La Serpe juist is, dan zou dit in de visie van de verdediging zonder meer gevolgen kunnen hebben voor de positie van het zaaks-OM in de zaak van zijn cliënt Jesse Remmers.

Mr. Janssen: Zowel waar het de betrouwbaarheid van de kroongetuige, als herhaaldelijk gememoreerd één van de belangrijkste in dit proces te nemen beslissingen, als waar het de betrouwbaarheid van de Staat c.q. het Openbaar Ministerie en aldus de beginselen van een behoorlijke procesvoering betreft, is nader onderzoek naar deze kwestie geïndiceerd, dit eens te meer, nu de kwestie direct ziet op de rechtmatigheid van de met La Serpe gesloten overeenkomsten.

Over gedane (financiële) toezeggingen is tijdens het Passage-proces heel wat uren, zo niet dagen gedebatteerd. De bedragen die zijn genoemd liepen sterk uiteen. Mr. Janssen ging daar uitgebreid op in.

Mr. Janssen: De stand van zaken op het moment dat de rechtbank tot bovenstaande afweging kwam, was dat La Serpe een lump-sum (= eenmalig bedrag - red.) was toegezegd waarvan de hoogte onbekend was gebleven, dat die lump-sum zou worden uitgekeerd in de vorm van een lening onder bepaalde voorwaarden en dat die uitkering passend zou zijn binnen de getuigenbescherming in het algemeen en het streven naar economische zelfstandigheid van La Serpe in het bijzonder. In de visie van de verdediging is er sprake van twee verschillende zaken: Het financieren van de eigen beveiliging enerzijds, en het streven naar economomische zelfstandigheid anderzijds, oftwel het ontvangen van een lening onder voorwaarde enerzijds en het ontvangen van een lump-sum van €300.000,- anderzijds. Dit in de context van van een kennelijk zeer bewust genomen beslissing aan de zijde van de CIE met aan het hoofd de heer De Haas, zonder enige twijfel in nauwe samenspraak met het TGB om deze hele kwestie onder te brengen in de TGB-deal zodat deze geheim kon blijven.

Volgens de raadsman zou dit nieuwe gegeven van het bekend worden van de hoogte van de lump-sum, dat La Serpe heeft bedongen in een gesprek met De Haas op 22 december 2006, de rechtbank al tot een heroverweging van het in april 2010 ingenomen standpunt moeten brengen. Zeker gezien het sfeerbeeld en de context die La Serpe daarbij schetst en de nadrukkelijke opmerking van de aanwezige CIE-er dat dit binnen het TGB-traject geheim zou kunnen blijven. Het is 4,5 jaar voor de beslissing van de rechtbank een bewuste en beredeneerde opzet geweest om de waarheid omtrent de beloning bij de procesdeelnemers weg te houden.

De verdediging heeft naar aanleiding van de mededelingen van La Serpe de hierover opgemaakte processen-verbaal opnieuw bestudeerd. De verdediging is van oordeel dat het OM tot op de dag van vandaag en in weerwil van de kennelijk daarover aan La Serpe gedane toezeggingen niet aan papier durft toe te vertrouwen uit angst dat deze juridisch onhoudbare toezeggingen de openbaarheid zullen bereiken. En anderzijds geen afwijkende overeenkomst aan La Serpe durft voor te leggen omdat gevreesd wordt dat deze dan zijn dreigementen om al hetgeen is voorgevallen in dit proces naar buiten te bengen, zal waarmaken. Dit is niet alleen het standpunt van de verdediging van Jesse Remmers, maar is meer malen door La Serpe zelf geroepen, zoals op de zitting van 21 november waar La Serpe stelt: "Waarom wordt die overeenkomst niet gesloten? Omdat ze de boel besodemieteren! Als ze met een correcte veilige overeenkomst komen is alles opgelost, waarom doen ze dan niet? Omdat ze de boel besodemieteren!"
In het licht van de wetsgeschiedenis zou de rechtbank zich de vraag moeten stellen of na al hetgeen intussen bekend is geworden dit lump-sum bedrag van 300.000 euro nog altijd als een niet excessieve of nog simpeler gezegd verboden toezegging aangemerkt zou moeten worden. In alle redelijkheid kan de verdediging zich niet voorstellen dat dit de bedoeling van de wetgever is geweest en dat dit rechtmatig moet worden geacht in het licht van die bedoelingen van de wetgever in het bijzonder. De gang van zaken rechtvaardigt op zijn minst onderzoek naar de kwestie, nu zou dit onderzoek het voorgaande bevestigen en zou in rechte komen vast te staan dat de gang van zaken is geweest zoals zojuist geschetst, dit naar het stellige oordeel van de verdediging gevolgen kan hebben en zou moeten hebben voor de ontvankelijkheid van het ene en het ondeelbare Openbaar Ministerie

Verzoeken:
Mr. Sander Janssen: Ik verzoek u op grond van het voorgaande:
-te concluderen dat er zwaarwegende afwegingen zijn dat excessieve of volstrekt niet te onderbouwen voorzieningen of toezeggingen gedaan zouden kunnen zijn, hetgeen nader onderzoek naar die voorzieningen of toezeggingen rechtvaardigt. Dat onderzoek zou naar oordeel van de verdediging moeten bestaan uit het nader horen van genoemde officieren van justitie De Haas, Van der Bel en Verwiel, en van de heer Boonstra. Ik verzoek u te bepalen dat zij als getuigen kunnen worden gehoord.

-te bevelen dat gespreksopnamen van de onderhandelingen van 12 en 22 december 2006 die de heer La Serpe heeft gevoerd met De Haas beschikbaar worden gesteld aan de rechter-commissaris, opdat de RC de opnames kan beluisteren en aan de hand van het door uw rechtbank neergelegd criterium kan beoordelen of er informatie in die opnamen aanwezig is die in strafrechtelijk opzicht van belang

Mr. Janssen: Tot slot verzoek ik u de 27 A4'tjes van La Serpe op dezelfde wijze ter beschikking te laten komen van de rechter-commissaris. Het OM heeft zich op een eerdere zitting op het standpunt gesteld dt deze stukken niet aan het dossier toegevoegd zouden kunnen worden. Dit nu het hier door de heer La Serpe naar het OM gestuurde informatie zou betreffen en strafvordering niet zou voorzien in het invoegen van die stukken, althans zo begrijp ik het OM.

In de visie van de verdediging geeft het OM daar een onjuiste lezing van het begrip processtukken. Er is immers sprake van informatie in het bezit van het OM die van belang kan worden geacht voor de betrouwbaarheid of rechtmatigheid van enig bewijsmiddel. Naar vaste jurisprudentie kan dergelijke informatie de verdediging niet althans niet geheel worden onthouden.
(Janssen leest jurisprudentie voor, een arrest van de Hoge Raad)
In de kern komt het er op neer, dat het (één een ondeelbare) OM in het bezit is van informatie die van belang kan zijn voor de waardering van het bewijs, welke informatie aan het OM is verstrekt door een medeverdachte en tevens getuige. Met verstrekking van informatie aan het OM heeft de heer La Serpe afstand gedaan van zijn exclusieve recht om te beschikken over die informatie en om te bepalen of en zo ja wanneer die informatie beschikbaar kon zijn voor andere procesdeelnemers.

Naar het oordeel van de verdediging biedt verstrekking van die 26 / 27 A4'tjes aan de rechter-commissaris opdat deze die A4'tjes kan ontdoen van vertrouwelijke of strafrechtelijk niet relevante informatie voldoende waarborgen voor de belangen van de heer La Serpe enerzijds, terwijl aan zeer aanzienelijke belangen van de verdediging van de heer Remmers anderzijds eveneens tegemoet wordt gekomen.  Dank u.

De andere advocaten sloten zich allen aan bij Mr. Sander Janssen.

Volgende week zijn er geen Passage-zittingen. Maandag 12 december gaat het liquidatieproces verder.

Bondtehond